Een portretfoto van Careflexer Matthijs, hij glimlacht.
Terug naar overzicht

Contact maken is in de stilte luisteren

Cliënten die moeilijk in contact zijn? Die bestaan volgens Careflexer Matthijs Peters niet. Hij erkent wel dat er cliënten zijn waarbij we het als begeleider lastiger vinden om contact te signaleren. Matthijs deelt wat je kan doen om te checken of je contact hebt en geeft tips.


Wat is contact?

“Contact is een abstract begrip. We hebben het de hele dag door, maar wanneer heb je nou echt contact? Je stuurt signalen naar een ander en je hoopt dat de ander iets terugstuurt. Dan is er contact. Bij sommige cliënten vinden we het moeilijk om te zien of zij signalen terugsturen. Als hulpverlener kan je hierdoor uit balans raken. Begeleiders kunnen soms denken dat ze iets niet goed doen of dat het aan de cliënt ligt. Hierdoor willen ze soms opgeven. Of ze proberen juist steeds een andere manier van contact maken, wat heel verwarrend kan zijn voor de cliënt.”

Twee handen raken elkaar net niet aan
Een portretfoto van Careflexer Matthijs, hij glimlacht.


Subtiele signalen zien

“Dat een cliënt moeilijk in contact is, is eerder een aanname. Want is er écht geen contact? Als een cliënt niks terugzegt, betekent het niet dat de ander niet communiceert. Probeer in het contact onbevooroordeeld te zijn en het tempo te vertragen. Om met de cliënt terug te gaan naar het hier en nu en dan heel klein te kijken. Dan creëer je voor jezelf de mogelijkheid om echt alle subtiele signalen van een cliënt zien. Soms zit het ‘m in een hele kleine beweging of snelle blik. Een goede samenwerking met collega’s is ook belangrijk, omdat je dan samen kan onderzoeken of er contact is en wat werkt bij een cliënt.”

Wees er onvoorwaardelijk voor jouw cliënt

“Geen communicatie is ook communicatie. Het feit dat een cliënt je niet wegjaagt uit hun kamer, kan ook iets zeggen over zijn of haar behoeften. Het kan betekenen dat de ander het fijn vindt dat je blijft of dat het diegene niet uitmaakt, ook al wordt dit niet expliciet gezegd. Soms moet je heel lang in een ruimte blijven met een ander totdat diegene contact maakt. Of het kan zijn dat als je dichterbij komt, de cliënt een grens aangeeft en dat je weg moet gaan. Op een later moment ga ik dan opnieuw het contact weer aan zodat ik de cliënt kan laten zien dat ik er onvoorwaardelijk ben. Soms is dat het enige dat je een ander kan meegeven.”


Onthoud: iedereen wil contact

“Het helpt om je te bedenken dat iedereen contact wil. De uitdaging is het zoeken naar de signalen voor contact. Ik ben ervan overtuigd dat iedereen iets terugstuurt en dat het aan mij ligt dat ik het niet zie, hoor of voel. Cliënten die moeilijk zijn in contact bestaan niet. Misschien heb je het puzzeltje gewoon nog niet gelegd. Daar ligt de uitdaging voor ons als begeleiders.”

Een gemaakte puzzel waarvan het laatste puzzelstukje boven de rest hangt.